Na 24 jaar predikant te zijn geweest in Den Haag, krijgt Trinette Verhoeven een andere baan. Poes Mathilde verhuist mee. Ook zal ze blijven bidden. ‘Als klein meisje bad ik al voor een jongetje uit de klas.’
Eind augustus neem Trinette Verhoeven, predikant bij de Evangelisch-Lutherse Gemeente (binnenstad) en de Lukaskerk (Schilderswijk) afscheid. Het is met pijn in haar hart dat ze na 24 jaar weggaat uit Den Haag, want ze is erg gehecht aan de mensen met en voor wie ze werkt.
Verhoeven gaat naar Utrecht, waar ze de functie van classis predikant voor de provincie zal vervullen. ‘Ik heb straks een coachende rol voor de predikanten en gemeenschappen in Utrecht. Natuurlijk vind ik dat leuk, maar ook spannend. Ik kan meer mensen bereiken en dat wat ik geloof, voor meer mensen waarmaken. Het is ook uitdagend om “aan de knoppen van de kerk” te zitten. Ik vind dat de kerkelijke structuur zo plat mogelijk moet zijn. Veranderingen moeten zoveel mogelijk vanuit de gemeenschappen komen en niet van boven worden opgelegd. De kerk is er enerzijds om de mensen te voeden en te inspireren in hun geloof. Anderzijds heeft de kerk een maatschappelijke functie: om er voor de minsten en de kleinsten te zijn. Daarom is diaconie ook zo belangrijk. Angst en eigenbelang zijn in de samenleving sterk aanwezig. Dat noem ik ‘de onreine geesten’. Daar moeten we tegenin spreken. Alles wat mensen klein maakt is verkeerd. Als kerk werken we aan een wereld waar mensen samenleven in vrede. De Lukaskerk heeft eens in de maand een viering waar we ook mensen uit andere religies of die die niet bij een kerk horen, uitnodigen. Dat is ontstaan na de eerste IS demonstraties. Enkele moslimvrouwen vroegen ons om hulp: wat kunnen we samen doen. “Samen bidden”, hebben we toen gezegd. En dat doen we nog steeds.’
Gescheurd papier
Op de vraag naar de rode draad in haar leven zegt ze na enig nadenken: ‘Na de zondagschool doorlopen te hebben ben ik er juf geworden en eigenlijk ben ik dat nog steeds. Geloofsopvoeding en kinderen zijn voor mij belangrijk. In de vieringen heb ik altijd wel een kinderverhaal, want dat is mijn toetssteen: als je het kinderen niet duidelijk kunt maken, dan kun je het volwassenen ook niet vertellen. Een klein meisje zei ooit tegen me “Jij hebt geen kinderen hè? Maar dat hoeft ook niet, want je hebt ons.” En zo voelt het ook. Ik leef alleen met de poes Mathilde, maar ik voel me rijk met zoveel mensen om me heen.’ Trinette maakt boekjes met verhalen voor kinderen, verlucht met door haarzelf gemaakte afbeeldingen van gescheurd papier. Op de vraag of ze het kind in zichzelf goed heeft bewaard begint ze te stralen: ‘Ik geloof het wel ja.’
Op de been
Ze komt uit een warm, gelovig nest en was als kind ook al bezig met het geloof. ‘Mijn grootmoeder bewaarde de briefjes die ik haar schreef, waar altijd wel een zin in stond met “ik bid voor u, want…”. Mijn ouders zeiden: Trinette wordt nog eens heilssoldaat! Dat is het niet geworden, maar het zat er al heel jong in. Als meisje van 4 of 5 jaar bad ik voor een jongetje uit mijn klas: ik wil bidden voor Johnny, want de juf houdt niet van hem.’
Haar professionele leven en privéleven lopen naadloos in elkaar over: ‘Daar is niet echt een verschil in. Geloof houdt me op de been. Of ik wel eens twijfel? Ik denk het niet, maar soms vecht ik wel eens, bijvoorbeeld over de vraag wat mijn geloof ten diepste is. Ik bid vaak, ook met anderen: “Laat toch merken dat u er bent en dat de weg die ik ga de juiste is.” Het antwoord komt soms in kleine dingen. Een vriendin die belt met de vraag of ze iets voor me kan doen. Of een mooi lied dat raakt. En mocht er ooit een geloofscrisis komen dan kom ik daar wel doorheen. Ik weet dat ik niet de enige ben.’
Tekst en foto’s: Greet Kappers