Wim Deetman pleit ervoor om de vuile was buiten te hangen en de cultuur van toedekken en zwijgen in de Rooms-Katholieke Kerk te doorbreken.
Eigenlijk geeft Wim Deetman, oud-politicus, oud-burgemeester, actief in de Kloosterkerk, geen interviews meer over seksueel misbruik in de Rooms-Katholieke Kerk. ‘Over de Nederlandse kerkprovincie is alles wel zo’n beetje gezegd.’
Waarom dan nu wel? ‘Ach ja’, glimlacht hij, ‘Den Haag… burgemeester geweest… kerkelijk betrokken… en dan word je gevraagd… Bovendien is er de actualiteit: nieuwe schandalen in Pennsylvania, het pausbezoek in Ierland, de gebeurtenissen in Australië.’
Muur
In eerste instantie was Deetman verbaasd toen hij in 2010 gevraagd werd om voorzitter te worden van de commissie die het onderzoek zou doen naar misbruik in de Rooms-Katholieke Kerk. Hij wilde aanvankelijk niet. Maar hij kreeg al snel berichten van slachtoffers die zeiden: ‘Als u nee zegt lopen we weer tegen een muur op!’ Dat was een doorslaggevende reden en de commissie Deetman was een feit. ‘Uit het grote bevolkingsonderzoek van de commissie bleek dat misbruik buiten de Rooms-Katholieke Kerk net zo erg is als daarbinnen. Dat mag echter geen excuus voor een kerk zijn. Ook in ons land werd binnen de Rooms-Katholieke Kerk misbruik toegedekt. Maar de Nederlandse bisschoppen hebben deze conclusies uit het rapport geïncasseerd en alle aanbevelingen overgenomen.
Deze functie was zwaarder dan alle eerdere functies in politiek en in besturen. Ik werd met een wereld geconfronteerd die niet de mijne is, op geen enkele manier. Het contact met de slachtoffers was zwaar. Je voelt je machteloos, je worstelt ermee, het is in jezelf niet te rijmen. Veel slachtoffers hebben onherstelbare schade opgelopen. Er zijn er van wie het leven verwoest is, dat moeten we goed beseffen. Dan ben je er niet met excuses, vergeving en gebed. Als dat het enige antwoord is, vergroot je als kerk niet je geloofwaardigheid. De slachtoffers zeggen dan: “U kunt me wat!” Het verleden kun je niet uitwissen. Want hoeveel er ook voor de slachtoffers gedaan kan worden: de pijn blijft.
Weg kwijt
De kerk kan in gevallen van misbruik maatregelen nemen, zoals het priesterschap afnemen of een lid de facto buiten de orde of congregatie zetten. En ze kan royaal zijn in het proces van genoegdoening. Als kerkbestuurder moet je je echter wel afvragen: wat heb ik gedaan om dit te voorkomen? Wist ik het of had ik het kunnen weten? Als men wereldwijd nu de weg van openheid en zelfonderzoek niet gaat…’ Hier stopt de rest van de zin. Want wat de toekomst de Rooms-Katholieke Kerk brengt, weet Deetman niet.
‘Wel weet ik dat de boodschap van de Rooms-Katholieke Kerk substantieel verzwakt. Neem de actualiteit van wat nu speelt in Australië: de katholieke kerk reageert volstrekt niet adequaat. De Paus roept op om aangifte van misbruik te doen en tegelijkertijd wordt in Australië expliciet gesteld dat het biechtgeheim gehandhaafd blijft voor dienaren van de kerk. Dat is dus een vrijbrief. Ze zijn daar de weg kwijt!

In het kerkelijk bestuur heerste een attitude van toedekken, waardoor slachtoffers in de kou werden gezet. “Je hangt je vuile was niet buiten.” Mensen moeten niet langer zwijgen, niet in het kerkelijk bestuur, maar ook niet als gewoon kerklid. Als alles open op tafel ligt, dan kun je de ander in de ogen kijken.
Wat we ervan kunnen leren is dat we alert moeten zijn, maar misschien is assertief een beter woord. Neem dingen niet vanzelfsprekend aan. Als er iets gebeurt dat de normen van humaniteit schaadt, blijf je niet met de armen over elkaar zitten. Neem als kerkbestuurder je verantwoordelijkheid, ook als je risico loopt, want dat hoort er bij. Dat zien we ook in de politiek: als jouw voorganger fouten heeft gemaakt, neem jij als minister daarvoor de verantwoordelijkheid en stap je op als dat nodig is.’
Wat moet er nu gebeuren? Deetman: ‘Het lijkt me van belang dat wereldwijd, zoals dat in Nederland is gebeurd, onderzoek wordt gedaan naar de omvang van het gepleegde misbruik en de bijbehorende bestuurlijke verantwoordelijkheden. En dat de resultaten daarvan gepubliceerd worden. Hier heeft mijns inziens het Vaticaan een taak.’
Schrijver: Greet Kappers