Het Laatste Avondmaal in Haagse tinten

0
609

Het Laatste Avondmaal van Leonardo da Vinci (1452-1519) spreekt tot de verbeelding. Kunstenaars schilderen varianten, gelovigen maken ze na in kruissteekjes. Een zoektocht langs Haagse Avondmalen. ‘Dit meesterwerk verbeeldt een cruciaal moment in de geschiedenis.’

‘Toen mij gevraagd werd om een Laatste Avondmaal te schilderen, gebaseerd op dat van Leonardo da Vinci, kon ik het niet nalaten om er deze draai aan te geven.’ De Haagse kunstenaar Victor Hoefnagels kreeg de opdracht van het Italiaanse restaurant Bacco Perbacco, waar het werk nu hangt. Restaurant en atelier zijn beide in het Zeeheldenkwartier.

In deze versie zette Hoefnagels een appel op tafel, pal voor Jezus. ‘Het schilderij gaat over een cruciaal moment: Jezus heeft net verteld dat hij wordt verraden. De apostelen reageren daar heftig op. Op het doek van Da Vinci zie je ontzetting, discussie, zelfs bedreiging met een mes. In ieder figuur kan de kijker iets van zichzelf herkennen. De vraag is: doe ik goed of doe ik niet goed? Ga ik hierin mee, of niet? Je ziet in elke religie momenten van bewustwording. Het eerste moment in de Bijbel is bij de appel in het paradijsverhaal: er ontstaat kennis van goed en kwaad. Het tweede moment is wanneer de Tien Geboden gepresenteerd worden. Het Laatste Avondmaal is ook zo’n moment. Met de appel verwijs ik naar die eerste bewustwording.’

Kosmos
Als je de zichtlijnen in Da Vinci’s werk doortrekt, kruisen ze elkaar op het hoofd van Jezus, op zijn slaap. Hoefnagels maakt dit extra duidelijk door ze daadwerkelijk te schilderen. Verder wekte hij de figuren tot leven door middel van spetters. ‘Die weerspiegelen de sterren in de kosmos. Dit cruciale moment, de figuur van Jezus, waren kosmisch. Hij introduceerde een nieuwe manier van denken: pacifistisch. Hij voerde actie, maar op een andere manier dan voorheen, hij keerde de linkerwang toe.’
Het Laatste Avondmaal bovenaan dit artikel bestaat volledig uit spetters. Hoefnagels begon met dikke klodders voor de figuren en maakte steeds kleinere puntjes. ‘Op het laatst met een tandenborsteltje. Als je door een telescoop kijkt, zie je ook die steeds kleiner wordende sterren. In de spetters zie je het universum terug. Ogenschijnlijk zijn het losse onderdelen, maar ze vormen samen één geheel. Mijn God is het universum, met alle regels en wetten die daarbij horen.’

Eten en drinken
Waarom spreekt het oorspronkelijke schilderij zoveel mensen aan? Omdat het het belangrijkste sacrament uitbeeldt, denkt Hoefnagels. ‘Het drinken van het bloed en het eten van het lichaam komen dichtbij. Bovendien is deze scène uit de Bijbel een van de meest huiselijke taferelen. Op Da Vinci’s stuk zie je verraad, onenigheid en waarschuwing in beeld gebracht. Zo menselijk. De overgave van Jezus, weergegeven in zijn geopende hand. De kleurensymboliek: Jezus’ kleren zijn rood (de kleur van het menszijn) en blauw (symbool voor het hemelse). De figuur naast hem heeft dezelfde kleuren, maar omgekeerd. Het lijkt een vrouwfiguur. Wie is het? Maria Magdalena? Er zitten zoveel lagen in dit werk.’

Handwerkclub Hoefnagels is een van de velen die voortborduurden op Da Vinci’s meesterwerk. Onder hen zijn er die dat letterlijk deden: in kruissteekjes. In tal van kerken – in consistories en in andere zaaltjes – hangen geborduurde Laatste Avondmalen, zoals in de Prinses Julianakerk op Scheveningen.

Volgens dominee Frederik van Harten van deze kerk moet het er al wel veertig jaar hangen. ‘Eigenlijk opmerkelijk, omdat destijds in het protestantisme van de Scheveningers geen afbeeldingen pasten.’ Het is niet meer te achterhalen wie dit handwerk genaakt heeft.
Dat is wel bekend van het grote geknoopte wandkleed in de Noorderkerk (Duinoord). Gemeentelid Gerrie Hakstege weet het nog goed: ‘Eind jaren zeventig werd het gemaakt door de handwerkclub van de kerk. Het lag op een tafel in een grote zaal en iedereen die zin had knoopte er een stukje aan. Ook ik werkte mee. Toen het klaar was, heeft één dame het nog helemaal nagelopen en waar nodig gecorrigeerd. Je hoeft maar één verkeerd touwtje te hebben geknoopt, en een van die figuren krijgt een rare neus.’ Het kleed hangt sindsdien tegen de –vanaf de ingang gezien – achterwand van de kerk.

Zoveel Avondmalen – het verhaal gaat door. Victor Hoefnagels schilderde er zes. Tot nu toe. ‘Af en toe moet ik er weer eentje maken.’

Tekst en foto’s: Margot C. Berends