Muziek in een armoedig kamp

0
407

Jorina van Bergen gaf muziek- en zangles in een vluchtelingenkamp op Lesbos. Het was een indringende ervaring, die haar deed beseffen dat wat je doet of laat verschil kan maken. ‘Ik voelde me een beetje een instrument.’

Ze geeft al 25 jaar muziekles op het Christelijk Lyceum De Populier, is bekend van het koor Het Nieuwe Geluid, waar ze statushouders met andere Hagenaars samen laat zingen en ze is net terug van tweeëneenhalve week Lesbos. Ze gaf daar muziek- en zangles aan vluchtelingen.

Jorina van Bergen houdt van muziek, dat is duidelijk. Ze is ervan overtuigd dat ritmes en zang kunnen bijdragen aan (taal)ontwikkeling en saamhorigheid. Toen Connect by Music een oproep deed aan muziekdocenten om les te geven aan vluchtelingen op het Griekse eiland Lesbos, greep ze die kans aan.

Andere toonladers

Jorina: ‘Het vluchtelingenkamp Moria kwam op mij over als een concentratiekamp. Heel armoedig, het stinkt er en er zijn altijd veel meer mensen dan waar het kamp op berekend is. Het was er koud en guur en er is geen verwarming. Dat merkten we ook tijdens de lessen: mensen hielden hun jassen aan en mutsen op en zaten bijna in de verwarming om maar warm te worden.’

Kampwoning op Lesbos. Foto van Jorina van Bergen.

Wanneer je muziekles geeft aan mensen uit een ander werelddeel ontmoet je de nodige obstakels. Deze winter zijn er voornamelijk Afghanen op Lesbos en die hebben andere toonladders in hun muziektraditie. Daarnaast levert de taal praktische problemen op.

Jorina: ‘Het was vooral zaak te proberen zonder al te veel woorden les te geven. Daar is muziek best geschikt voor, door samen te zingen en simpele muziekinstrumenten te gebruiken.’

Jorina heeft de Griekse muziekdocenten daar getraind, zodat zij verder kunnen met nieuwe didaktiekvormen en materialen, zoals liedjes en partituren. ‘Het was dankbaar werk’, vertelt ze. ‘De vrouwen en kinderen waren waanzinnig enthousiast, wilden overal aan meedoen. Met name de singing circle, speciaal voor vrouwen, was populair.’

Zo’n bootje

‘Wat deze ervaring mij gebracht heeft? Het was indringend. Het besef dat iedereen daar is aangekomen in zo’n bootje, soms wel met tachtig man midden in de nacht, terwijl niemand een zwemdiploma heeft!’

‘Ik schaam me eigenlijk ook een beetje’, vervolgt ze. ‘Het gevoel dat ik had toen ik weer in het vliegtuig stapte, terug naar mijn riante leven. Ik leek ze toch een beetje in de steek te laten. Die mensen zitten er nog, het is totaal onduidelijk hoe lang ze daar nog moeten blijven en waar ze uiteindelijk terecht zullen komen. Als ze doorgaan naar een kamp bij Athene, dan merken ze dat het daar minder georganiseerd is. Moria heeft een slechte reputatie, maar om het kamp heen is wel een aanbod van activiteiten door allerlei Ngo’s.

Ik snap dat het een groot probleem is en dat sommigen bang zijn dat er een stroom aan vluchtelingen op gang komt. Maar ik vind ook dat je dit vanuit menselijke overwegingen niet zo kunt laten en dat we onze verantwoordelijkheid moeten nemen. Ze zijn eerst een lange periode, vaak een paar jaar, in een kamp waar ze Grieks leren en een beetje Engels. Als ze worden doorgestuurd naar een ander land moeten ze daar helemaal opnieuw beginnen, een nieuwe taal leren en ook daar weer acclimatiseren in een nieuwe cultuur en situatie.’

Het vluchtelingenprobleem heeft voor Jorina een gezicht gekregen. ‘Door deze ervaring ben ik me bewuster van mijn eigen daden’, zegt ze. ‘Dat wat je doet, of nalaat, kan verschil maken. En ik heb gezien dat je politieke keuze wel degelijk effect kan hebben. Iedere zondag naar de kerk gaan doe je vooral om zelf gevoed te worden en dat is goed. Maar het is ook fijn het gevoel te hebben dat je zelf iets hebt bijgedragen aan een situatie waarvan je denkt: dát had Jezus nooit zo gewild. Ik voelde me toch een beetje een instrument.’

Door: Jolly van der Velden