Als de christelijke gereformeerde Kees Hulsman zijn pied à terre in Cairo bewoont, gaat hij naar de Koptisch-Orthodoxe kerk. Hij bezoekt ook wel eens de moskee. Hij geeft er enthousiast les in een dialoogcentrum. En draagt dit ideaal ook uit in Den Haag.
Moerwijk is de Haagse basis van Kees Hulsman. Hij woont er met zijn gezin én zijn kerk staat er. Het is de christelijke gereformeerde Nebokerk aan de Rhijnvis Feithlaan. Maar Hulsman heeft nog een thuisbasis, in Cairo, Egypte. Hij woont daar in een bescheiden appartement en ook daar is hij lid van een kerk, de Koptisch-Orthodoxe kerk.
Ze lijken wel op elkaar. Beide zijn ze bijbelvast, zoals dat heet, en beide zijn gesteld op traditie.
Zijn hele leven al is Hulsman (64) gewend te reizen. Zo’n vijf keer per jaar pendelt hij tussen Den Haag en Cairo. Overal houdt hij lezingen voor gelovigen van allerlei snit, van moslims tot christenen en joden. Hulsman vertelt dan van zijn werk in Egypte; hij geeft onderwijs volgens een Brits systeem aan studenten – vluchtelingen en migranten – op het door hem opgerichte Center for Arab-West Understanding. Noem het een dialoogcentrum, gericht op het kweken van begrip.
En nu, de laatste jaren voor zijn pensioen, zoekt hij steun bij Haagse kerken voor een nieuw onderwijscentrum voor vluchteling-leerlingen. Er was al één avond hierover. Er volgen er meer.
Paplepel
Ziehier in een notendop Hulsmans passie. Opgegroeid in een traditioneel Apeldoorns gezin trok hij als negentienjarige naar Israël; de liefde voor godsdienst, land en volk was hem met de paplepel ingegoten. Maar eenmaal in een kibboets gearriveerd, ontdekte hij ook het bestaan van Arabische christenen. Vervolgens reisde hij verder, naar andere Arabische landen, om in Egypte te blijven. Hij zegt: ‘Dat land sprak me het meeste aan. En nog steeds. Vanwege de faraonische geschiedenis én de kerkgeschiedenis, en omdat de mensen er zo sociaal zijn.’
Hij ontdekte er ook de Koptisch-Orthodoxe kerk, met een soortelijk gewicht dat hem aan de christelijke gereformeerden in Apeldoorn deed denken. Maar inmiddels, vele jaren later, heeft hij ook hier zijn blik verruimd. ‘Wat ik denk en geloof, is veel breder geworden.’
Zijn vader moest bijvoorbeeld weinig hebben van rooms-katholieken. Maar in Cairo ontmoette hij een Nederlandse jezuïet, Frans Berkemijer, met familie in de Haagse Agneskerk aan de Beeklaan. Dat gaf een band. En als hij moslimvrienden opzoekt, bezoekt hij ook wel eens een moskee. ‘Dat doet vrijwel geen christen.’
Terugkijkend op zijn leven van ‘vasthouden en loslaten’ zegt hij: ’Ik heb contacten met allerlei geloofsgemeenschappen. Ik word altijd getroffen door mensen met een sterk persoonlijk geloof. Daar heb ik respect voor, ook al ben ik het lang niet altijd met iedereen eens.’
Nieuwsgierigheid
Wat hij inmiddels wel geleerd heeft, is om minder abstracte en theoretische kennis te willen overdragen. ‘Ik heb kritiek gekregen dat het allemaal veel te academisch is, wat ik betoog. Te moeilijk, te veel theologie.’ Die houding heeft hij moeten loslaten. In Den Haag heeft hij dat geleerd bij de oprichting van ‘Geloven in Moerwijk’, een gemeenschap voor wie kerk-zijn neerkomt op ‘elkaar helpen als religieus diverse buurtgenoten’.
Tegenwoordig gaat hij de boer op met praktijkvoorbeelden. Maar zijn grondhouding is dezelfde gebleven: mensen mentaal op reis sturen, zoals hij zelf als tiener de vertrouwde Veluwe verruilde voor het Midden-Oosten. En daarna, toen hij niet-westerse sociologie studeerde; een studie waar de nieuwsgierigheid als het ware ingebakken zit.
Dat is Kees Hulsman ten voeten uit: de bagage van vroeger dienstbaar maken aan de toekomst.
Waar Hulsman, terugkijkend op een leven vol dialoog, voor wil waarschuwen, is dat mensen godsdiensten vaak op een bijzondere manier met elkaar vergelijken. Christenen bijvoorbeeld schilderen van hun eigen religie graag het ideale beeld uit de boekjes. Terwijl ze moslims langs de meetlat van de praktijk en de incidenten leggen. ‘Het frappante is dat moslims precies hetzelfde doen. Nou, op die manier mensen met elkaar vergelijken werkt dus niet.’
Zijn conclusie, na jaren van praten, luisteren, lezen, ervaren en overleggen in Nederland en het Midden-Oosten is: ‘de’ islam bestaat niet, evenmin als ‘het’ christendom bestaat. Dat is een les die hij onvermoeibaar blijft uitdragen.
Info: cawu.org
Tekst: Jan Goossensen