‘Behalve een lieve vrouw heb ik een vriendin met snor’

0
684
Canadese ganzen die de oversteek wagen met het enige overgebleven kuiken - een gewild prooi voor snoeken en meeuwen.

Hans van Engeldorp Gastelaars is gepassioneerd natuurschilder en -tekenaar. Hij vindt inspiratie in de natuur, onder meer als duinwachter in het waterwingebied van Dunea.

‘Vanuit mijn atelier keek ik vanochtend vroeg over de polder naar het bos en daar stonden vijf reeën, prachtig! Als klein jongetje, opgegroeid in Doesburg, zat ik altijd al in de natuur. Met mijn vader ging ik mee op jacht en van hem leerde ik veel over de natuur. Hij schoot bijvoorbeeld hazen en die aten we op. Dat was toen heel gewoon, daar viel niemand over. Je leefde op het land en van het land.’

Rijksveldwachter

‘Ik had al vroeg de ambitie om boswachter te worden, maar mijn vader zei: “Dat is armoe. Je gaat naar de mulo.” Via de marechaussee kwam ik vervolgens bij de politie in Wassenaar en later Haaglanden terecht. Ik trad daarmee in het spoor van mijn grootvader, die rijksveldwachter was. Maar de natuur bleef trekken en op een gelukkige dag viel mijn oog op een advertentie waarin een duinwachter werd gezocht met politie-ervaring. En zo ben ik dan toch 25 jaar geleden via omzwervingen beland op de plek waar mijn passie ligt.’

‘Als duinwachter ben ik in alle jaargetijden midden in de natuur. Dat geeft mij eindeloos veel inspiratie om te tekenen. Het is overweldigend om de geboorte van een reekalf mee te maken. Of om een winterkoninkje tussen de herfstbladeren zijn lied te horen zingen. Die beelden neem ik goed in mij op om ze later thuis in mijn atelier te tekenen. Ik ben in mijn werk gastheer en vraagbaak voor de recreant. Het is mooi de bezoekers te leren om op een andere manier te kijken. Tijdens een winterexcursie wees ik de deelnemers eens naar een duinhelling verderop: “Kijk, daar ligt een vos in de zon te slapen.” Het duurde even voordat zij de vos zagen, want je kijkt er gemakkelijk overheen als je niet weet waar je op moet letten.’

Ambachtsman

Hans heeft zichzelf tekenen en schilderen geleerd. ‘Waar dat talent vandaan komt weet ik niet. Misschien zit het wel een beetje in de familie, want mijn overgrootvader beschilderde rijtuigen. Maar ik denk dat het ook een kwestie is van goed kijken, details in je opnemen: hoe valt het licht, waar is de schaduw.

Hans van Engeldorp Gastelaars in zijn atelier. Foto van Hans van Engeldorp Gastelaars.

Een paar jaar geleden deed ik mee aan een kunstmarkt. Mensen stonden twee rijen dik te kijken hoe ik een eekhoorntje tekende. Een kind riep: “Kijk mama, dit vind ik wél mooi!” Dat deed me deugd, als ambachtsman tussen al die kunstenaars daar. Ik noem mijzelf geen kunstenaar. Ik wil geen kunststempel op mijn werk zetten; ik doe het omdat ik het heerlijk vind om te doen.’ En dan, lachend: ‘Ik ben eerder een kunstenmaker.’

Wat maakt dat we zo massaal de natuur in willen? Hans: ‘Het is helend om in de natuur te zijn, dat is ook wetenschappelijk bewezen: het verlaagt je bloeddruk en je cholesterol, het brengt je tot rust. Ook op tv kijken we graag naar natuurdocumentaires, maar we zijn wel geneigd om het natuurlijke leven te romantiseren. Alles wat haartjes en veertjes heeft vinden we schattig. De leeuw die welpjes doodt omdat hij de drang heeft om met de moeder-leeuwin te paren, doet dat omdat het in zijn genen zit. Maar dat willen we liever niet zien, want dat vinden we zielig voor de welpjes. Het dierenleven is een kwestie van eten of gegeten worden en dat is hard. Dat zie je ook bij huisdieren. Behalve een lieve vrouw heb ik namelijk ook een vriendin met een snor: een ruwhaarteckel. Na een ingreep door de dierenarts, liep ze na een uur alweer te dartelen. Dieren leven in het moment en zijn geen “denkers” zoals wij.’

Zandhagedissen

Na de coronacrisis zullen de parkeerplaatsen bij Meijendel weer vol staan, want het blijft trekken. Wat maakt dat gebied nu zo bijzonder? Hans vertelt: ‘Op een relatief kleine oppervlakte tref je diverse biotopen aan. Dat is het gevolg van de verschillen tussen wat er groeit en leeft op de noord- en zuidhellingen van het duingebied. Op de zuidhellingen is het warm, daar zie je korstmossen en zandhagedissen. De noordzijde heeft een vochtige habitat: daar vind je varens en andere schaduwplanten. In de vochtige duinvalleien tref je orchideeën en parnassia aan. En wat te denken van de blauwe kruisbladgentiaan; die komt nergens anders in Nederland voor.

Door de stikstofdepositie (de invloed van grote hoeveelheden stikstof op de bodem, red.) groeien de duinen in hoog tempo dicht. Konijnen zouden die beginnende begroeiing weg moeten eten, maar omdat er nog steeds konijnenziektes heersen, hebben we dat opgelost door er paarden, runderen en schapen te laten grazen. Daarmee zorgen we ervoor dat het duin open blijft. De natuur is kwetsbaar en we moeten zuinig op haar zijn.’

Tekst: Greet Kappers

Info tekeningen: natuurtekeningen.nl. Info rondleidingen en wandelroutes: dunea.nl.