Dit schilderij van Vincent van Gogh (Kröller-Müller Museum) laat mij met andere ogen kijken naar de overbekende gelijkenis van de barmhartige Samaritaan (Lukas 10: 25-37). We zien een woest landschap. Op het smalle pad aan de linkerkant lopen de priester en de leviet. Ze hebben zich keurig aan de anderhalve meter gehouden en zijn met een boog om het slachtoffer heen gelopen – de lege koffer maakt duidelijk dat hij beroofd is. Ze keken weg. Maar hoe anders is de barmhartige Samaritaan.
Van Gogh laat ons oog vallen op de inspanning die het de Samaritaan kost om de gewonde man op zijn paard te tillen. De spieren in zijn kuiten staan gespannen. Het komt uit zijn tenen. Zijn mededogen mondt uit in een krachtsinspanning. In 1882 schrijft Vincent aan zijn broer Theo: ‘Hoe meer men lief heeft hoe meer men handelen zal geloof ik, want liefde die enkel een gevoel zou wezen, die zou ’k niet eens onder de liefde willen rekenen.’ Liefde moet gedaan worden. Er wordt vaak veel te romantisch gedaan over helpen. Maar helpen kost vaak kracht. Het kan je wat kosten, meestal inspanning maar soms ook geld. ‘Zorg voor hem, en als u meer kosten moet maken, zal ik die vergoeden’ (Lukas 10: 35), zegt de Samaritaan tegen de eigenaar van het logement. Hij koopt zorg in.
We zien een grote nabijheid tussen de twee hoofdfiguren van het schilderij. De gewonde man klemt zich vast aan zijn helper.
Weerzin
Iemand helpen kan betekenen dat iemand heel dicht bij je komt. Iemand kan stinken. Er komen bloedvlekken op je kleren. Of iemand is zo depressief dat jij erin meegezogen wordt. Helpen kan ongewenste intimiteit betekenen.
Het doet mij denken aan paus Franciscus die een man met een afstotelijke huidaandoening knuffelde. Op foto’s daarvan zie je de weerzin bij de paus, maar hij liet zich niet weerhouden. Datzelfde zie je ook op het schilderij. Het lijkt wel of de Samaritaan zijn gezicht heeft afgewend. Ondanks zijn weerzin helpt hij.
Het Hebreeuwse woord voor barmhartigheid is verwant aan het woord baarmoeder. Het is een ‘onderbuikgevoel’. Barmhartigheid is ruimte maken voor iemand anders dan jezelf.
Zoals een moeder in haar eigen lichaam ruimte maakt voor een ander leven. Barmhartigheid is ruimte geven. Je geeft daarmee die ander ook invloed op jou. De barmhartige Samaritaan ziet de man – daar begint alles mee: met elkaar zien – en hij onderbreekt zijn reis om te helpen. Hij maakt ruimte in zijn tijdschema, hij maakt ruimte in zijn portemonnee, hij maakt ruimte in zijn leven.
Tekst: Jan van der Wolf