Hulde aan de hoop

0
339
Een teken van hoop boven Den Haag. Foto: Original Mostert Photography, originalmostert.nl

Den Haag was dit jaar het decor van veel demonstraties. De tegenstellingen worden grimmiger. Of het nu gaat om de vrijheid, de planeet of het boerenbedrijf, het einde is nabij. Valt het tij te keren? Ook eind vorige eeuw was de wanhoop soms groot. Pedagoog Lea Dasberg kwam toen met een boodschap die nog steeds actueel is: ‘Niet de wanhoop dienen we uit te vergroten, maar de hoop.’

Hulde aan de hoop is de titel van een klein, vergeten boekje uit 1980 van de Nederlandse hoogleraar pedagogiek Lea Dasberg (1930-2018). Het was haar openingsrede als professor in Amsterdam. Dasberg vond dat we de sociale, politieke of milieuproblemen niet moeten verdoezelen, maar ook niet moeten uitvergroten tot mythische proporties. ‘Angst voor hel en verdoemenis heeft de mens nog nooit fatsoenlijker gemaakt, integendeel, radeloosheid leidt tot agressie en destructie’, stelde ze. 

Jeugdland

Lea Dasberg maakte in de jaren zeventig furore als tegenstander van de antiautoritaire opvoeding en ze lanceerde het begrip jeugdland. Ze nam een tendens waar dat volwassenen kinderen klein hielden met kreten als: ‘kinderen moeten vooral kind zijn’, of: ‘ze zitten in de puberteit, laat ze maar even.’ Dasberg vond echter dat je kinderen niet moet opsluiten in een parallel kinderuniversum.

In Hulde aan de hoop sprak ze haar verbazing uit dat eindtijdverwachtingen in 1980 over het jaar 2000 verdacht veel leken op de eindtijdverwachtingen die men rond het jaar 1000 had. ‘Waar onze maatschappij totaal verschilt van die van toen, kan dit niet anders worden geduid dan als regressie naar primitieve, irrationele, mythische en mystieke voorstellingen, die fungeren als een vlucht uit de werkelijkheid.’ Ze zag een toename aan eindtijdscenario’s die gemythologiseerd werden door het stellen van de fatale termijn van het jaar 2000. ‘Dan zal er geen zuurstof, geen drinkwater, geen brandstof meer zijn, dan is de vrede verloren en hebben kernbommen hun werk gedaan.’ 

Verbetering

Wat zou Lea Dasberg vinden van onze zorgen over de opwarming van de aarde of de coronapandemie? In haar eerste toespraak als Amsterdams hoogleraar zei ze: ‘Onder titels als The Biological Time Bomb en Silent Spring mobiliseren biologen een massale angst voor het afsterven van alle vegetatie.’ Toch ontkende Dasberg deze feiten niet. ‘Deze angsten zijn allerminst mythisch of mystiek maar komen voort uit politieke en maatschappelijke realiteiten. Zoals ook hongersnoden, epidemieën, vulkanische uitbarstingen en wervelwinden van de tiende eeuw reëel waren.’

Het ging haar om iets anders: ‘Een geslacht dat het heden ontvlucht uit angst dat er geen toekomst zal zijn, kan onmogelijk een volgend geslacht opvoeden. De presentatie van leed en onrecht dient gepaard te gaan met de presentatie van hoop en mogelijkheid tot verbetering. Juist waar het kinderen betreft. (…) Het is pedagogisch onverantwoord in kinderen emoties op te wekken, zonder die te helpen ontladen in daden die een ander perspectief geven.’

Het jaar 2000 hebben we overleefd. Lea Dasberg heeft gelijk gekregen. De doemdenkers uit 1980 die dachten dat het in 2000 afgelopen zou zijn, zaten ernaast. Maar we hebben nog steeds hoopvolle verhalen nodig. Al was het maar omdat boze complottheorieën over een grote reset en beangstigende vergezichten over de mensheid die door haar eigen toedoen ten onder gaat, ons nog altijd omringen. Het kerstverhaal kan die hoop bieden. Het kan een spiegel voor de ziel zijn: een achteruitkijkspiegel, bedoeld om ongelukken in de toekomst te voorkomen; een vooruitkijkspiegel, die de hoop uitvergroot tot mythische proporties. Zodat volgende generaties een eerlijke kans krijgen om het beter te doen dan wij voor mogelijk hielden. Zodat demonstraties in onze stad in het nieuwe jaar niet alleen wijzen op het einde maar ook op een nieuw begin.