IN – DRUK
‘Ben je nou helemaal gek geworden?’ schreef een van mijn beste vrienden. Ik kan hem geen ongelijk geven. Even ontsnapt aan de aandacht van mijn zorgzame echtgenote, stortte ik mij in Scheveningen zestig meter naar beneden. Een groot elastiek moest weliswaar verhinderen dat ik niet kopje onder ging, maar toch. Voor iemand die al duizelig wordt als hij de druif in de tuin snoeit gekkenwerk. En mocht ik mij verbeelden dat dit toch een bijzondere prestatie was voor een godgeleerde, dan bleek dat al spoedig een illusie. Na afloop van ons exegeseclubje zei iemand: ‘Heb je het filmpje gezien van je Scheveningse collega Gerco Lock die in toga(!) een bungeejump heeft gemaakt?’ Ben ik ineens onderdeel van een hype geworden? Vroeger had je godgeleerde schaakclubjes, maar tegenwoordig vind je predikanten in de sportschool, op de racefiets en bungelend voor de kust. ‘Stond dit op je bucketlist?’, is mij menigmaal gevraagd. Eerlijk gezegd heb ik zo’n lijstje niet. Dat je vóór je dood nog van alles gezien en gedaan zou moeten hebben vind ik deprimerend. Ik blader en swipe door mijn foto’s en zie de talrijke gelukkige momenten en verrassende plaatsen die mijn hart weer sneller doen kloppen. Soms vergezeld van een licht gevoel van heimwee: wat was het toch leuk met de kleinkinderen in de Efteling. Inmiddels besef ik wel dat je, of je nu kort of lang leeft, maar een fractie kunt beleven van wat deze wereld te bieden heeft. Handicaps en financiële draagkracht brengen sowieso beperkingen met zich mee: met een rolstoel geen bergwandeling. Visueel gehandicapten kunnen niet meepraten over de Victory Boogy Woogy van Mondriaan. Met een uitkering geen safari in Nigeria of tripje naar een ruimtestation. Natuurlijk, op een bucketlist kun je de meest exotische wensen zetten. Maar als het erop aankomt, gaat het in het leven toch om ‘klein’ geluk. De vrijwilligers van Ambulance Wens weten daar alles van. Ze rijden een terminaal zieke nog éénmaal naar het strand, om van het uitzicht over zee te genieten. Een gepensioneerd stuurman mag voor het laatst aan boord van een schip. Een dirigent zit nog éénmaal voor zijn orkest en de muziek doet de tijd stilstaan en zet de dood op achterstand. Het is jammer dat we zoveel mooie momenten zo gedachteloos voorbij laten gaan. Als je wist dat het voor het laatst was, dan zou je de pracht van de Keukenhof indrinken. Eigenlijk voltrekt zich in ons gewone bestaan van alles dat op andermans bucketlist staat. Als pastor werd ik eens gevraagd om mee te gaan met de Henri Dunant van het Rode Kruis. Voor iedere passagier was een helper en ik ‘fietste’ daar tussendoor. Ik dacht veel moeilijke gesprekken te moeten voeren. Integendeel, ik werd getroffen door de levensmoed van ernstig gehandicapte mensen. Zag hoe ze genoten van het voorbijglijdend landschap, dat ik met mijn neus in een boek vaak negeer. En tegen die lieve vriend zeg ik: je hebt gelijk. Ik zal het nooit meer doen!
Rob van Essen
foto: Olga Kropman via Pixabay